Alle kinderen hebben talenten. Die talenten laten we op Het Zespad groeien door onder andere wekelijks, veelzijdige talentvoeding en creatieve denkopdrachten te bedenken voor de kinderen.
Aan het eind van groep 8 hebben alle kinderen kennis gemaakt met de 6 kernwaarden en hopen wij bereikt te hebben dat ze de veel competenties bezitten en kunnen gebruiken voordat ze naar het voortgezet onderwijs gaan.
Hieronder ziet u een overzicht van de 6 kernwaarden.
21 -eeuwse vaardigheden
21st century skills, ook wel 21e -eeuwse vaardigheden genoemd, is op basisschool Het Zespad een verzamelnaam voor 9 competenties. Vaak wordt over deze competenties gesproken in de context van de huidige netwerksamenleving. De 21st century skills bereiden kinderen voor op een toekomst die snel verandert door technologie en digitalisering.
Het Zespad beschouwd de 21 -eeuwse vaardigheden als een belangrijke leerlijn. Elke week staat er een competentie centraal. Nadat alle competenties aanbod zijn gekomen, worden deze weer opnieuw aangeboden. De vaardigheden zijn bij ons gekoppeld aan de overige 5 kernwaarden van ons onderwijs, namelijk: Vrijheid/ verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerken, reflectie, effectiviteit. Hieronder een overzicht van de vaardigheden/competenties.
Vrijheid / verantwoordelijkheid Vrijheid en verantwoordelijkheid zijn in onze ogen onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het Zespad ziet een kind als een persoon die zelf mag en kan kiezen, maar die voor de gevolgen van zijn keuzes ook de verantwoordelijkheid draagt. Vrijheid in het daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de kinderen hun vrijheid leren gebruiken.
Dagtaken vanaf groep 3 Het kind heeft elke dag taakwerk en mag elke dag zelf kiezen met welke taak hij/zij bezig gaat en hoeveel taken er op een dag gedaan worden. Een kind leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt. Door leerlingen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen.
De kinderen kunnen tijdens het zelfstandig werk hun eigen werkplek kiezen, kunnen zelf hun materialen halen, het tempo en de volgorde van het werk bepalen en kunnen zelf hun materialen halen en weer wegbrengen naar waar ze het vandaan hebben gehaald. Ze hebben ook de mogelijkheid om gebruik te maken van de technische apparatuur en zoeken zelf eerst oplossingen voor problemen.
Taak van de leerkracht Het is een taak van de leerkracht om iedere leerling een structuur te bieden om vrijheid binnen grenzen te leren hanteren. Leerlingen krijgen de ruimte om te ontdekken en te experimenteren, maar worden tegelijk ook geconfronteerd met de relatie tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen.
Regels en afspraken De gebondenheid bestaat uit het naleven van de regels en de afspraken. Per groep wordt er altijd aan het begin van het jaar samen met de kinderen de regels en afspraken gemaakt. Het is belangrijk dat de kinderen leren zich verantwoordelijk te voelen voor de werksfeer in de groep. De school biedt een duidelijke structuur en verplicht het afmaken van de weektaak. Er is nagedacht over de plaatsing van materialen in de klas en er zijn regelmatig besprekingen van regels en afspraken om ze te herhalen of aan te passen. De bedoeling van de regels en afspraken wordt dan nogmaals duidelijk gemaakt.
Competenties en vaardigheden bij het kerndoel verantwoordelijkheid / vrijheid Kritisch onafhankelijk à Socrates -Ik heb het lef om eigenwijs te zijn en om mijn eigen pad te kiezen. -Ik kan zelf nadenken. -Ik kan kritisch en eerlijk mijn eigen werk beoordelen en verbeteren of aanvullen. -Ik vorm een eigen mening door kritische vragen te stellen. -Ik durf informatie in twijfel te trekken en meerdere bronnen te onderzoeken.
Creatief denken à Leonardo da Vinci -Bij opdrachten van meester/juf kan ik zelf dingen toevoegen. -Ik kan iets maken dat ik zelf heb bedacht. -Ik kom met nieuwe of andere ideeën. -Wanneer iemand mij een vraag stelt, kan ik een tegenvraag stellen. Ik kan meerdere oplossingen bedenken voor een probleem.
Zelfstandigheid Zelfstandigheid betekent voor ons onderwijs dat kinderen leren keuzes maken, problemen kunnen oplossen, dat kinderen verantwoording nemen voor wat ze hebben gekozen en als zelfstandig persoon kunnen functioneren binnen de maatschappij. Kortom, ze leren dus zelf hun taken en opdrachten te plannen en leren het uit te voeren. Daarbij moeten ze leren omgaan met uitgestelde aandacht van de leerkracht. Kinderen die een opdracht niet begrijpen kunnen beroep doen op de leerkracht of op de klasgenoten. Zelfstandigheid wordt ook benoemd tijdens het zelf ontdekkend, ervaringsgericht leren.
We willen graag zien dat de kinderen aan het eind van de basisschooltijd zelfstandig bezig kunnen met opzoekwerk, materialen zelf halen en wegbrengen, dat ze zelf kunnen beslissen of ze willen samenwerken of niet, dat ze zelf bepalen wie of wat zij nodig hebben bij hun werk en dat ze zelf oplossingen bedenken bij het werken.
Het zelfstandig werken Het zelfstandig werken bestaat bij ons uit: het leren van een aantal algemene vaardigheden zoals presentaties maken, interviews afnemen, enquêtes opstellen, folders maken, tijdslijnen opstellen. De kinderen werken met een dag- en/of weektaak op individueel of klasniveau.
De competenties/vaardigheden bij het kerndoel zelfstandigheid Achter de vaardigheden staat een naam van een bekend persoon uit de geschiedenis. Deze mensen hebben een aantal uitspraken gedaan en dit hebben wij als school overgenomen omdat dit hoort bij de 21 –-eeuwse vaardigheden.
Uitpluizen à Sherlock Holmes -Ik kan veel verschillende vragen stellen bij een thema. -Ik kan antwoorden vinden door uit te proberen. -De antwoorden kan ik op verschillende manieren vinden. -Ik weet welke informatie betrouwbaar is. -Ik kan de juiste vaardigheden toepassen die ik nodig heb om aan mijn informatie te komen.
Nieuwsgierige houding à Marie Curie -Ik kan me verwonderen. -Ik wil weten hoe dingen in elkaar zitten. -Ik ga graag op onderzoek uit. -Ik wil kunnen uitleggen hoe iets werkt. Ik wil een onderzoek kunnen opzetten en uitvoeren.
Samenwerken Overal in het leven zal blijken dat een mens ondanks zijn vrijheid en zelfstandigheid, niet zonder zijn medemens kan. Een medemens om te steunen en om steun van te krijgen. De ander bepaalt mede de grens van de persoonlijke vrijheid. De grens van de individuele vrijheid wordt altijd gevormd door de vrijheid van de ander. Wij vinden het daarom heel belangrijk dat kinderen leren samenwerken met verschillende leerlingen uit verschillende groepen. Niets is beter dat samenwerken al op de basisschool begint.
In onze Daltonschool werken wij aan het doel dat kinderen elkaar helpen, samenwerken en onderwerpen aan elkaar uitleggen. Leerlingen helpen elkaar door het stellen van vragen aan elkaar, door samen een oplossing te zoeken en vooral ook door elkaar te stimuleren.
De manier van samenwerken op Het Zespad Samenwerken komt bij alle leeftijden, in alle klassen aan bod. Natuurlijk zal het niveau bij de kleuters anders zijn dan in de hogere klassen. Daarnaast spelen de individuele verschillen tussen kinderen een belangrijke rol. Om samen te werken is de taalvaardigheid van de kinderen elementair. De kinderen kunnen tijdens het zelfstandig werken: met elkaar overleggen, zachtjes praten, hulp bieden, vragen stellen aan elkaar en samen oplossingen voor problemen zoeken
De functies van samenwerken op Het Zespad Samenwerken heeft op het Zespad een aantal functies. De leerlingen overleggen met elkaar, kunnen bezig zijn met duowerk of groepswerk, ondersteunen elkaars werkzaamheden en maken gebruik van de kennis van anderen. Een voorwaarde die hieraan verbonden is, is het kunnen omgaan met licht achtergrondgeruis. Daarnaast hebben we ruime klaslokalen en stille hoeken gecreëerd om geconcentreerd aan de slag te gaan. Tevens hebben wij aandacht voor zelfrespect en respect voor anderen.
De competenties/vaardigheden bij het kerndoel samenwerken Achter de vaardigheden staat een naam van een bekend persoon uit de geschiedenis. Deze persoon heeft een aantal uitspraken gedaan en dit hebben wij als school overgenomen omdat dit hoort bij de 21 –-eeuwse vaardigheden.
Samenwerken à Martin Luther King -Ik kan materialen delen met anderen en samen een opdracht uitvoeren. -Ik kan andere kinderen helpen zonder (het antwoord) voor te zeggen. -Ik durf kinderen uit mijn eigen groep en een andere groep te begeleiden of iets uit te leggen. -Ik durf feedback te geven op ideeën en op het samenwerkingsproces. -Ik kan in overleg met anderen de taken verdelen en me daaraan houden, omdat ik mij verantwoordelijk voel voor het einddoel.
Reflectie Nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk is belangrijk. Door na te denken over wat je gaat doen, wat je aan het doen bent of wat je hebt gedaan, leren kinderen over hun eigen gedrag en die van anderen. Ze leren zichzelf en anderen begrijpen en daardoor leren ze meer over hun eigen kunnen en over hoe met anderen om kan worden gegaan.
In gesprekken met de leerkracht, wordt geleidelijk de vaardigheid in het zelfstandig werken en het samenwerken gereflecteerd. Kinderen maken vooraf een inschatting van de moeilijkheidsgraad en de tijd van de opdrachten. Achteraf wordt hierover een feitelijke beoordeling met elkaar vergeleken. In zulke gesprekjes kan er dan bijvoorbeeld aandacht geschonken worden aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak vooraf moeilijker inschat ze (achteraf) blijken te zijn.
De competenties/vaardigheden bij het kerndoel reflectie We richten ons op de onderstaande vaardigheden. Achter de vaardigheden staat een naam van een bekend persoon uit de geschiedenis. Deze mensen hebben een aantal uitspraken gedaan en dit hebben wij als school overgenomen omdat dit hoort bij de 21 –-eeuwse vaardigheden.
Reflecteren op het eigen leren à Helen Parkhurst -Ik kan benoemen wat ik al kan. -Ik kan aangeven wanneer ik hulp nodig heb. -Ik kijk naar hoe ik mijn werk heb gedaan en leer daarvan. -Ik kan benoemen welke kwaliteiten ik bezit en welke ik nog verder wil ontwikkelen. -Ik kan tijdens het werken bedenken of ik op de goede weg zit en
Zelfvertrouwen à Nelson Mandela -Ik durf mijn gevoel te uiten en kan voor mezelf opkomen. -Ik weet met wie ik fijn samen kan spelen of werken. -Ik straal zelfvertrouwen uit en kijk de ander aan wanneer ik iets vertel. -Ik durf te zeggen wat ik vind en kan mijn mening beargumenteren. -Ik weet wat ik kan en help anderen, zodat ik mijn eigen vaardigheden nog verder kan ontwikkelen.
Groeimentaliteit à Malala -Ik denk dat ik het kan, ook al heb ik het nog nooit gedaan. -Ik heb het lef om uitdagingen aan te gaan. -Ik durf fouten te maken, want daar leer ik van. -Ik kan mijn hersenen trainen, zodat ik mezelf blijf ontwikkelen. -Ik heb een open en positieve houding voor andere ideeën en talenten van anderen.
Zin om te presteren à Gandhi -Ik ben trots op mijn werk en op mijn leerproces. -Ik ben trots op wat ik heb bereikt. -Ik laat graag zien wat ik kan en wat mijn ontwikkeling is. -Ik kan complimenten ontvangen. -Ik kan genieten van mijn resultaat.
Effectiviteit De mate van effectiviteit van ons onderwijs is van belang voor kinderen. Daarom willen wij de schooldag van kinderen op een zo effectief mogelijke manier vullen met inachtneming van onze (Dalton)kijk op kinderen. Op deze wijze is het leerrendement voor leerlingen het grootst.
Parkhurst, de bedenker van het Dalton onderwijs, wil met haar Dalton plan het schoolse leren doelmatiger maken. Zij stelt dat als leerlingen een taak krijgen - waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in vrijheid zelf plannen en uitvoeren - het onderwijs dan veel effectiever is dan het stilzit- en luisteronderwijs dat zij zelf doorlopen heeft.
De competenties/vaardigheden bij het kerndoel effectiviteit Op Het Zespad is er ook aandacht voor de onderstaande vaardigheid. Achter de competentie/vaardigheid staat een naam van een bekend persoon uit de geschiedenis. Deze persoon heeft een aantal uitspraken gedaan en dit hebben wij als school overgenomen omdat dit hoort bij de 21 –-eeuwse vaardigheden.
Zin om te kunnen à Vincent van Gogh -Ik wil meer kunnen dan ik gisteren kon. -Ik ga enthousiast aan mijn werk. -Ik doe graag een taak zonder daar een beloning voor te verwachten. -Ik doe actie mee met de lessen. -Ik werk graag aan mijn eigen leerdoelen.
Wanneer de voor ons 6 kernwaarden, vaardigheden en competenties worden samengevoegd, vormt zich een einddoel voor kinderen wanneer zij de basisschool verlaten. Dit is door het team als volgt omschreven: